- Details
- Pages
- Hits: 36
Instructies voor de aanvraag ouderschapstesten H200 bij VHL
Het laatste jaar is er nogal wat veranderd omtrent de testen aangeboden door van Haeringen laboratorium. Voorheen was het altijd mogelijk de swabs op te laten sturen voordat je de testen daadwerkelijk bestelde en registreerde. Vandaag de dag ben je verplicht de testen te betalen en te registreren, maar dat kan dus niet gelijk op de chipnummers van de pups. Hierbij de instructies:
- Ga naar combibreed.nl en log in met je eigen login gegevens of maak een account aan als je deze nog niet hebt.
- Ga linksboven naar “honden” en zoek naar de test H200, ouderschap verificatie hond – STR
- Kies voor elke pup een test, dus bij 8 pups heb je 8 testen nodig.
- Links onderin staat een vakje met “getuige Monsterverklaring E300” je dient voor elke test een aparte getuige monsterverklaring te kopen. Dus bij 8 testen dien je 8 getuige monsterverklaring te kopen.
- Klik verder op betalen waarin je eerst de gegevens van je zelf zal vinden. Als je bent ingelogd staan deze gegevens al ingevuld en kan je aanpassen wat je aan kan passen. Klik onderaan op “verder”
- Nu kan je de gegevens van de pup invoeren. Klik op “dier” en dan op “voeg nieuw dier toe”. Voer vervolgens de naam van de pup in met de kennelnaam, daarna de geboortedatum. Nu komt er een groter beeld waarin je het ID-type in kan vullen, kies hier voor anders. Het systeem maakt nu zelf een ID nummer aan. Dan kan je het ras invullen en het geslacht. Vervolgens kan je de vader en de moeder invullen tezamen met het chipnummer. Als dit allemaal is ingevuld van elke pup ( 8 testen is dus 8 x pup invullen tezamen met de ouders ) kan je klikken “volgende”
- Omdat je dus nog geen chipnummers van de pup in kan vullen zal je zelf moeten registreren welk ID nummer bij welk chipnummer hoort. Er is een apart formulier hier bijgevoegd zodat je makkelijk alles in kan vullen op je computer en je een sticker van het chipnummer er achter kan plakken.
- Zorg dat je op tijd besteld! Het kan soms meer als een week duren voordat je de swabs in huis hebt.
- Zorg dat je voor de dierenarts de swabs afneemt alles is ingevuld op de getuigenverklaringen en het bijgevoegd formulier. Dat scheelt de dierarts en jezelf heel veel tijd!
- Het onderstaand formulier stuur je mee tezamen met een begeleidende brief of ze de VHL ID om willen zetten naar de chipnummers. Tevens stuur je de orderbevestiging mee en de swabs natuurlijk in een voldoende gefrankeerde envelop. Een adres sticker wordt bijgevoegd bij de bestelling.
- We hopen dat het nu enigszins duidelijk is wat te doen omtrent de bestelling ouderschapstesten bij VHL.
van Haeringen laboratorium: https://www.combibreed.nl/ouderschapsverificatie-hond-str/
- Details
- Pages
- Hits: 37
Hypofysaire dwerggroei
Wat is het?
Hypofysaire dwerggroei is een erfelijke ontwikkelingsstoornis van de hypofyse. Daardoor ontstaat een tekort aan een aantal belangrijke hormonen. Ongeveer 20% van de honden binnen getroffen rassen is drager van de afwijking. Veel dwergen sterven in de baarmoeder of tijdens de geboorte. Van de pups die met dwerggroei worden geboren sterft ca 90% in de eerste week, de overige 10% wordt gemiddeld slechts 4 jaar oud. Dwergpups worden meestal pas na enkele weken herkend als de groeiachterstand t.o.v. de overige pups duidelijk wordt. |
Twee 14 maanden oude reutjes uit het zelfde nest |
Symptomen
Dwergen blijven in het nest achter in groei, vanaf een leeftijd van ongeveer 5 weken wordt de groeiachterstand steeds duidelijker zichtbaar.
Verdere uiterlijke kenmerken zijn een vosachtig kopje met ver uit elkaar staande oortjes, een spits snuitje en een lichte overbeet. Ze behouden hun puppyvacht en/of worden (gedeeltelijk) kaal.
Klein blijven, pup-achtig gedrag, slecht werkende schildklier, ontwikkelingsstoornis nekwervels (neurologische klachten), verstoorde vruchtbaarheidscyclus, lang aanhouden puppyvacht en als deze uitvalt blijvende kaalheid, huidontstekingen, jeuk, chronisch nier/lever falen, hypofysaire cysten, mentale achterstand, spieratrofie en vertraagde sluiting van de groeischijven.
Oorzaak
De gen mutatie welke hypofysaire dwerggroei veroorzaakt moet rond 1940 zijn opgetreden.
De aandoening heeft een onderontwikkeling van de hypofyse tot gevolg. De hypofyse kan daardoor de hormonen GH, TSH, LH, FSH en prolactine onvoldoende produceren hetgeen grote gevolgen heeft voor de ontwikkeling en het functioneren van de hond.
Hypofysaire dwerggroei is een enkelvoudig recessief overerfbare aandoening. Indien beide ouders drager zijn, dan is 25% dwerg, 50% opnieuw drager, en 25% vrij. Is 1 van beide ouders drager, dan is 50% drager en 50% vrij.
Doordat de meeste dwergpups in de eerste week sterven kan de afwijking generaties lang ongemerkt doorgegeven worden. Dragers van de afwijking zijn uitsluitend te herkennen d.m.v. de genetische test.
De faculteit diergeneeskunde doet al bijna 20 jaar onderzoek naar de afwijking. In 2008 is het gelukt om het gen dat dwerggroei veroorzaakt te lokaliseren waardoor een test ontwikkeld kon worden waarmee dragers van de afwijking kunnen worden opgespoord.
Helaas wordt deze test onvoldoende gebruikt. Als vanaf nu alle ouderdieren zouden worden getest, wordt er geen enkele dwerg meer geboren en kan de afwijking binnen 1-2 generaties uit het ras worden gefokt.
Belangrijke verspreiders van de aandoening zijn: Rolf vom Osnabrücker Land, Hein vom Richterbach en Vello zu den Sieben Faulen.
Diagnose
De diagnose wordt gesteld d.m.v. de genetische test, maar kan uiteraard al worden vermoedt door het achterblijven in groei (vaak de helft of minder van de andere pups). Testen van TSH en T4 geeft ook al een goede indicatie (beide zijn laag). Om een behandeling te starten is de genetische test echter noodzakelijk vanwege de risico`s van toedienen van groeihormoon indien de hond dit hormoon zelf voldoende zou produceren.
Mogelijke behandeling
Dwerggroei is niet te genezen, maar behandeling met thyroxine en groeihormoon verbetert de kwaliteit van leven aanzienlijk. Op dit moment is er nog weinig te zeggen over de prognose voor behandelde honden. Zonder behandeling is de levensverwachting gemiddeld 4 jaar. Hoewel behandeling o.a. zorgt voor een beter functioneren van organen als lever, nieren en huid, kunnen overige symptomen ervoor zorgen dat de prognose ook voor behandelde honden slecht is.
Onbehandelde honden krijgen al snel te maken met de gevolgen van hormoontekorten. Het eerste jaar zijn ze vaak nog redelijk actief en vrolijk, maar naarmate ze ouder worden is het eigenlijk niet meer reëel om hen in leven te houden.
Bron: duitseherderdatabase.nl
Wetenschappelijke artikelen
- Details
- Pages
- Hits: 46
Medisch: Maagtorsie bij de hond
Maagtorsie, ook maagverdraaiing of maagkanteling genoemd, is een gevaarlijke
aandoening bij honden die erg pijnlijk is en dodelijk kan zijn als er niet snel wordt
ingegrepen. De officiële term is maagdilatatie-volvulus (MDV). Er zijn
verschillende zaken die de kans op een maagtorsie beïnvloeden. Door met een
aantal dingen rekening te houden kunt u de kans op een maagtorsie bij uw hond
verkleinen.
Wat is een maagtorsie?
De maag ligt tussen de slokdarm en de dunne darm in. Bij een maagtorsie draait de maag om
zijn as. Hierdoor worden de ingang en de uitgang van de maag afgesloten. Ook de bloedvaten
worden afgekneld. Daardoor worden de bloeddruk en hartwerking verlaagd en krijgt het
lichaam te weinig zuurstof.
Doordat de maag afgesloten is, kunnen de gassen die ontstaan door gisting niet ontsnappen en
wordt de maag steeds boller. Door die uitzetting kan het middenrif niet meer goed bewegen
waardoor de ademhaling beperkt wordt. Hierdoor komt nog minder zuurstof in de weefsels. De
maagwand begint af te sterven, bacteriën in de darmen gaan giftige stoffen afscheiden, de nieren
en lever worden aangetast en uiteindelijk overlijdt het dier.
Wat is de oorzaak van een maagtorsie?
Het is niet precies bekend waardoor een maagtorsie optreedt. Het is bijvoorbeeld niet duidelijk
of er lucht in de maag terecht komt door inslikken en de maag daarna draait, of dat de maag
eerst draait en de gassen vooral door gisting ontstaan. Wel zijn er allerlei factoren vastgesteld
die een rol kunnen spelen en die de kans op een maagtorsie vergroten.
Kenmerken van de hond die meespelen bij het risico op maagtorsie zijn:
grote rassen, honden met een diepe borstkas of honden die voor hun ras erg groot zijn,
lopen meer risico reuen lopen meer risico dan teven
maagtorsie komt het meeste voor op middelbare leeftijd
honden die snel nerveus zijn, lopen meer risico
honden met ondergewicht krijgen eerder een maagtorsie
Medische zaken die het risico op maagtorsie verhogen zijn:
andere maagdarmproblemen
een verwijdering van de milt
een verlengd hepatogastrisch ligament (een onderdeel van het buikvlies dat lever en
maag verbindt; hepato = lever, gastro = maag)
|
![]() |
De voedselvorm (brokken, blikvoer of vers vlees) blijkt geen invloed te hebben op het ontstaan
van een maagtorsie. Het heeft ook geen invloed op de zuurgraad van de maag of de concentratie
gastrine (een hormoon dat maagzuurproductie stimuleert), zaken waarvan wel gezegd wordt dat
ze een maagtorsie bevorderen.
Verandering van voer speelt waarschijnlijk geen rol, behalve als de hond daardoor heel veel of
heel snel gaat eten. Men heeft getest of maagtorsie opgewekt kon worden door van voer te
veranderen, maar dit lukte niet.
Symptomen van een maagtorsie
Het is van belang dat u een maagtorsie bij uw hond snel herkent.
Een hond met een maagtorsie is rusteloos, zal proberen te braken zonder dat er iets terugkomt,
zal veel kwijlen, jankt, heeft een opgezette buik (vooral aan zijn linkerkant, vlak achter de
ribben), heeft pijn (en kan daardoor in vreemde houdingen gaan staan of liggen), wordt zwak,
ademt snel, heeft een snelle hartslag en bleke slijmvliezen.
Behandeling van een maagtorsie
Een maagtorsie is altijd een spoedgeval!
Neem dus onmiddellijk contact op met de dierenarts. Meestal zal de arts eerst proberen het gas
uit de maag te laten ontsnappen door een slang in te brengen via de bek van de hond. Ook
overige maaginhoud kan dan worden verwijderd.
ls de maag al helemaal gedraaid is, lukt dit vaak niet meer, omdat de maagingang dan is
afgesloten. In zo’n geval kan de dierenarts door de buikwand een holle naald in de maag
brengen om op die manier het gas weg te laten stromen, en daarna proberen of de slang nu wel
via de bek ingevoerd kan worden.
Als ook dit niet lukt dan moet de hond geopereerd worden. Daarbij wordt de maag dan zoveel
teruggedraaid dat er via de bek alsnog een slang in de maag kan worden gebracht om gassen af
te voeren en de maag te laten slinken.
ls de maag zo is opgezwollen dat er geen ruimte meer is om hem te draaien, zal de maag
opengesneden moeten worden.
Kans op herhaling
Bij een hond die eenmaal een maagtorsie heeft gehad, is het risico op terugkeer groot, zelfs tot
80%. Dat komt onder andere doordat het hepatogastrisch ligament, dat de maag op zijn plek
helpt houden, uitgerekt is. Om terugkeer zoveel mogelijk te voorkomen kan de dierenarts de
maag aan de buikwand vastzetten. Dit heet gastropexie. De kans op een nieuwe maagtorsie
wordt daardoor sterk verminderd, het risico op terugkeer is na een gastropexie nog ongeveer
10%.
Preventief opereren
Bij honden die vanwege hun bouw een verhoogde kans op een maagtorsie hebben, kan de maag
uit voorzorg door middel van een gastropexie worden vastgezet aan de buikwand. Vaak wordt
dat gedaan tijdens de castratie van de hond, omdat het dier dan toch onder narcose moet.
Voedingsstrategie om de kans op maagtorsie te verkleinen
Door uw hond op de juiste manier te voeren, kan de kans op een maagtorsie verkleind worden.
Een goede voedingsstrategie ter voorkoming van een maagtorsie bestaat uit de volgende
maatregelen:
Voer uw hond in een rustige omgeving.
Voer meerdere keren per dag: tenminste twee keer voor honden zonder verhoogd risico,
bij honden die meer kans op een maagtorsie hebben kan het voer over meerdere kleine
maaltijden per dag verdeeld worden. Voer grote brokken en zet de voerbak op de grond, niet op een verhoging.
Het kan helpen om vleesvoer / blikvoer en brokken te mengen.
Voorkom activiteit 1 uur voor en 2 uur na het eten. Laat dus niet de hond uit na het eten,
en geef hem ook niet zijn volle bak als hij net thuis is van een drukke wandeling. Als u van voer wilt wisselen, kunt u het oude en het nieuwe voer mengen.
Schematische voorstelling van een maagtorsie |
![]() |
Bron: LICG
- Details
- Pages
- Hits: 47
Hydrotherapie bij de behandeling van honden met orthopedische en neurologische aandoeningen.
Hydrotherapie wordt veelvuldig toegepast bij de behandeling van honden met orthopedische en
neurologische aandoeningen.
Oorsprong
Het woord hydrotherapie is afgeleid van het Griekse woord hydor (water) en therapeia
(genezing/behandeling). Het gebruik van water wordt al sinds eeuwen in verband gebracht met
religie, hygiëne en recreatie. Vanaf de 19de eeuw krijgt de hydrotherapie duidelijk vorm en
worden warmtebaden gebruikt voor orthopedische, neurologische en psychiatrische
aandoeningen. Eind 20ste eeuw zie je het streven om praktijkervaringen te onderbouwen met
onderzoek. Humaan zie je naast hydrotherapie in ziekenhuizen en revalidatiecentra ook de
populaire toepassingen van water in de vorm van thermobaden, aquajogging en aquagym.
Eigenschappen van water
Hydrotherapie is gebaseerd op de eigenschappen van water. Water heeft hydrostatische,
hydrodynamische en thermodynamische eigenschappen.
Hydrostatische eigenschappen
Wanneer een voorwerp in water wordt ondergedompeld zal dit voorwerp een druk
ondervinden van het water. De druk is afhankelijk van de diepte waarop het voorwerp
zich in het water bevindt en de dichtheid van het water. De druk heeft invloed op de
circulatie en het zenuwstelsel van de hond.
Elk lichaam dat in water gedompeld wordt, ondervindt een opwaartse druk, die
afhankelijk is van het gewicht van het verplaatste water. Deze opwaartse druk zorgt
ervoor dat de hond afhankelijk van de hoogte van het water met minder gewicht loopt of
gewichtsloos zwemt. De druk op de gewrichten in de poten vermindert. Tevens worden de
opwaartse bewegingen gestimuleerd terwijl de bewegingen tegen deze druk in worden
verzwaard.
Elke vloeistof kent oppervlaktespanning. Het doorbreken van de waterspiegel kost extra
kracht en beïnvloedt het bewegingspatroon.
Hydrodynamische eigenschappen
Door het verschil in dichtheid tussen lucht en water is het voorwaarts bewegen in
water vele malen zwaarder dan in lucht. De dichtheid van water is 800 maal groter
dan de dichtheid van lucht. Hoe meer oppervlakte onder water en hoe sneller de
beweging des te zwaarder de beweging. Afhankelijk van de snelheid van de band zal er een gelijkmatige weerstand door het
water geleverd worden en zal bij turbulentie van het water (bv jetstream) het
zwemmen en lopen zwaarder worden. Het principe van ‘tail suction’ is van belang bij honden met een verlamde achterhand.
Achter de voorhand zal door de beweging een aanzuigende kracht voor de achterpoten
ontstaan.
Thermodynamische eigenschappen:
o Warm water geeft primair een verwijding van bloedvaten en secundair een
ontspanning van spierweefsel.
Fysiotherapeutisch behandelplan
Hydrotherapie heeft heel veel mogelijkheden. Maar duidelijk moet zijn dat hydrotherapie meer
is dan alleen een hond laten zwemmen of in water laten lopen. Bij hydrotherapie moet
therapeutisch en met toepassing van trainingsprincipes gebruik gemaakt worden van de
mogelijkheden van water. Hydrotherapie zal wanneer het binnen de revalidatie van honden een
plaats wil krijgen en behouden, toegepast moeten worden door dierenfysiotherapeuten.
Dierenfysiotherapeuten hebben kennis van zaken en kunnen in goed overleg met de verwijzende
dierenarts tot een optimaal behandelplan komen. Per behandeling wordt het resultaat van elke
training aan de hand van het fysiotherapeutisch onderzoek geëvalueerd. De
dierenfysiotherapeut heeft naast de hydrotherapie tevens andere mogelijkheden, denk aan
massage, oefentherapie, fysische technieken (apparatuur) en niet onbelangrijk instructies en
adviezen aan de eigenaar, om het herstel van de hond te bevorderen.
Wat is een aquatrainer
De dierenfysiotherapeuten van de Vakgroep Hydrotherapie Hond maken voor de hydrotherapie
gebruik van een aquatrainer. Een aquatrainer is een roestvrijstalen bak die gevuld wordt met
water. De bodem van de bak is uitgerust met een loopband. Door gebruik te maken van de
aquatrainer kan de hond gecontroleerd bewegen. De hoogte van het water, de snelheid van de
loopband en de temperatuur van het water zijn variabel en onafhankelijk van elkaar in te stellen.
Deze variabelen zijn samen met de tijdsduur van de training en de pauzes meetbaar, zodat voor
elke hond een ideaal trainingsprogramma samengesteld kan worden.
Indicaties voor de aquatrainer
Met hydrotherapie kunnen de volgende behandeldoelen gerealiseerd worden:
Verbeteren coördinatie
Verbeteren stabiliteit
Spierversterken
Verbeteren mobiliteit
Verbeteren sensibiliteit
Verbeteren uithoudingsvermogen
Verbeteren welbevinden (door verminderen pijn)
Afname zwellingen en oedeem
Concreet betekent dit dat training in de aquatrainer zinvol is bij onder andere:



rustperiode zonder operatie)


technieken, total hip, kop/halsresectie, fracturen, amputaties)














Deze zaken samen met de specialistische kennis en ervaring van de dierenfysiotherapeuten
garanderen een optimaal herstel van de hond.
Aquatraining versus zwemmen
Aan hydrotherapie kan op verschillende manieren vorm gegeven worden. Naast het trainen in
de aquatrainer is er de mogelijkheid om met de hond te zwemmen in buitenwater of in een
hondenzwembad.
Het zwemmen is als trainingsprikkel niet exact te doseren, de snelheid van de zwembeweging
wordt door de hond bepaald en is niet meetbaar en daardoor niet herhaalbaar. De enige
variabele waarop gestuurd kan worden is de tijdsduur. Daarnaast is de temperatuur van
buitenwater vaak te koud. Het trainen in een aquatrainer is exact te doseren.
Bij het zwemmen zal de hond gewichtsloos en zonder loopfunctie getraind kunnen worden.
Vooral honden met ernstige rugproblemen en honden die geen stafunctie hebben, zijn
geïndiceerd voor zwemmen. Aquatraining vraagt een loopfunctie en een toegestane belasting
van ten minste 40%. Eventueel kan een vermindering van de gewrichtsbelasting verkregen
worden door gebruik te maken van een tuigje of broekje. Dit hulpmiddel kan aan de stang boven
de aquatrainer bevestigd worden.
Het zwemmen is geen functionele trainingsprikkel voor het lopen van de hond: een hond die
beter en langer kan zwemmen, hoeft niet beter te lopen. Zwemmen doet geen beroep op de
stabiliteit van de poten, aquatraining wel.
Onderzoek heeft aangetoond dat bij het lopen in water de bewegingsuitslag van een gewricht
afhankelijk is van de hoogte van het water. Zo kan bewust gekozen worden om een bepaald
gewricht beweeglijker te maken. Zwemmen verbetert de buiging van knie en hak.
Ook zijn er praktische verschillen tussen zwemmen en de aquatraining. Wanneer een hond niet
wil of kan zwemmen vervalt de mogelijkheid om zwemmen therapeutisch aan te wenden. Het
lopen in de aquatrainer is voor de honden geen probleem. Zelfs honden met waterangst kunnen
aquatrainen.
Aan het water van een zwembad zullen chemicaliën toegevoegd moeten worden om de pH
binnen veilige marges te houden en te desinfecteren. Het water in een aquatrainer kan na elke
behandeling ververst worden. Het gebruik van chloor of andere desinfecterende middelen kan
daarom beperkt worden tot het na afloop reinigen van de bak en leidingen.

- Details
- Pages
- Hits: 27
Actueel in de zomer: Botulisme vergiftiging bij de hond
Botulisme is een ziekte, veroorzaakt door het opnemen van bepaalde gifstoffen van de bacterie
Clostridium botulinum.
![]() |
Elke zomer zien we deze ziekte bij wilde (water)vogels, zeker als het een warme zomer betreft; de ideale omstandigheden voor aanmaak van het gif door de bacterie is namelijk een watertemperatuur tussen de 20 en 25 °C in combinatie met een eiwitrijke en zuurstofarme omgeving. Dit zorgt dat elk ondiep, stilstaand water in de zomer een potentiële infectiebron vormt. |
Symptomen
Het botulisme gif blokkeert het contact tussen de zenuwen en de spieren met verlammingen als
gevolg. Deze verlammingen kunnen enkel het maagdarm stelsel treffen, maar ook het hele
lichaam verlammen. Tussen de 3e en 7e dag en na het inslikken van de toxines beginnen de
symptomen van de ziekte. Soms zijn er geen symptomen, maar sterven de dieren zonder eerst
ziek te worden. Vaker zien we bij honden eerst maagdarm problemen ontstaan zoals braken,
misselijkheid en diarree. Daarnaast zien we een stijve gang, zwakte in de spieren en hierdoor
verminderde reflexen. Vaak wil of kan het dier niet meer drinken en eten. In ernstige gevallen
zal het toxine alle spieren uiteindelijk verlammen en treedt sterfte op door ademstilstand.
Diagnose
De diagnose botulisme is lastig te stellen. Als het mogelijk is kan een monster van het water of
een stukje van het opgegeten kadaver opgestuurd worden om te onderzoeken op aanwezigheid
van botulisme toxine. Ook kan het bloed, de ontlasting of braaksel onderzocht worden op
aanwezigheid van het toxine.
Behandeling
Er is geen specifiek tegengif voor botulisme. Behandeling is dan ook niet echt mogelijk. Het
enige dat gedaan kan worden is de patiënt ondersteunen tot het toxine uit het lichaam is
verdwenen. Mogelijk is infuus nodig en sondevoeding.
Prognose
Als de hond niet te erg aangetast is kan spontane genezing optreden. Matig aangetaste patiënten
kunnen overleven mits voldoende intensieve zorg. Als er te zware verlammingen optreden zal
het dier sterven aan de gevolgen hiervan.
Bron: Dierenkliniek Winsum